Naar hoofdinhoud
Een foto van een hand van een oudere man die een formulier invult op een tafel. Aan de overkant zie je de handen van de mensen aan de andere kant van de tafel.

Examenreglement: Keuring en onderhoud caravan & aanhangwagens

Ingangsdatum: 28-02-2017

Examenreglement: Keuring en onderhoud caravan & aanhangwagens


Inhoudsopgave

1 Algemene bepalingen

2 Toelating tot het examen

3 Regeling van het examen

4 Uitvoering van het examen

5 Slotbepalingen
6 Toetsmatrijs


1 Algemene bepalingen


Artikel 1: Algemeen

Reglement voor het afnemen van het examen specialist keuring en onderhoud – onderstel caravan en aanhangwagens specialist keuring en onderhoud – elektro caravan specialist keuring en onderhoud – opbouw caravan specialist keuring en onderhoud – opbouw aanhangwagens zoals bedoeld In de branchetoetsdocumenten Specialist Keuring en onderhoud, vastgesteld door FOCWA en BOVAG. Goedgekeurd door FOCWA Specialisten en BOVAG caravan- en camperbedrijven en aanhangwagens.

Artikel 2: Begripsomschrijvingen

Begripsomschrijvingen In dit reglement wordt verstaan onder:

  • Directeur: Directeur van de examenorganisatie.

  • Examenorganisatie: Het instituut (of de samenwerkende instituten) voor examinering en certificering in de branche. IBKI is dat voor de Mobiliteitsbranche. IBKC is dat voor de Carrosseriebranche. De examenorganisatie is belast met de uitvoering van het examen.

  • Commissie: Commissie, die onder verantwoordelijkheid van de examenorganisatie is belast met het afnemen van en rapporteren over het verloop van het examen.

  • Voorzitter: Degene die door de examenorganisatie is aangewezen om ervoor te zorgen dat de examens verlopen volgens de daarvoor geldende regels in een voor alle partijen rustige en werkbare sfeer.

  • Secretaris: Degene die door de examenorganisatie is aangewezen om ervoor te zorgen dat alle nodige bescheiden voor het examen op de juiste tijd en plaats aanwezig zijn.

  • Gecommitteerde: Degene die door de Directeur is aangewezen om steekproefsgewijs toezicht te houden op het verloop van het examen.

  • Deelnemer: Degene die ter deelneming aan het examen is ingeschreven.

  • Examen: De toetsing om te beoordelen of de deelnemer voldoet aan de gestelde eisen met betrekking tot de vereiste kennis en vaardigheden voor het onderhouden van caravans of aanhangwagens.

  • Certificaat: Het certificaat specialist keuring en onderhoud – onderstel caravan en aanhangwagens, of specialist keuring en onderhoud – elektro caravan of specialist keuring en onderhoud – opbouw caravan of specialist keuring en onderhoud – opbouw aanhangwagens.

Artikel 3: De examenorganisatie

  • De examenorganisatie is verantwoordelijk voor de gehele gang van zaken met betrekking tot het examen. De examenorganisatie draagt het uitvoeren van de examineringwerkzaamheden op aan de Commissie. De examenorganisatie draagt er zorg voor dat de Gecommitteerde in de gelegenheid wordt gesteld datgene te doen wat voor de vervulling van de taak nodig is.

Artikel 4: De Commissie

  • De Commissie is onder verantwoordelijkheid van de examenorganisatie belast met het afnemen van het examen.

  • De leden van de Commissie worden telkens voor de duur van één examen door de examenorganisatie benoemd.

  • De Commissie bestaat uit een voorzitter, secretaris en ten minste twee examinatoren.

  • De examinator mag nimmer zijn leerlingen, naaste familieleden of zakelijke relaties, personeel inbegrepen, examineren.

2 Toelating tot het examen

Artikel 5: Toelating tot het examen

  • Om tot het examen te worden toegelaten worden geen specifieke vooropleidingseisen gesteld.

  • De inschrijving voor het examen vindt plaats door rechtstreekse aanmelding door of namens de deelnemer bij de examenorganisatie.


3 Regeling van het examen

Artikel 6: Regeling van het examen

  • Het examen wordt ten minste twee maal per jaar afgenomen.

  • De deelnemer wordt tijdig geïnformeerd over alle verplichtingen die voor hem gelden om aan het examen deel te nemen.

  • Aan de deelnemer wordt direct na aanmelding een oproep verzonden voor deelname, waarop onder andere wordt vermeld:

    • De datum van het examen.

    • Het tijdstip waarop de deelnemer op de examenlocatie aanwezig dient te zijn.

    • Indien de deelnemer niet op het in de uitnodiging vermelde tijdstip op de examenlocatie aanwezig is, wordt hij/zij niet meer toegelaten tot respectievelijk mag hij/zij niet deelnemen aan het examen waarvoor hij/zij zich had aangemeld.

    • De plaats en het gebouw waar het examen wordt gehouden.

    • Het deelnemersnummer.

  • De examenorganisatie stelt zich niet aansprakelijk voor het zoekraken van de oproep.

  • Voor het annuleren of verschuiven van een examen zijn de inschrijfvoorwaarden voor individuele deelname aan examens bij IBKI van toepassing.

  • De examens zijn niet openbaar. De voorzitter verleent slechts toegang tot het examen aan een deelnemer die in het bezit is van een daartoe strekkend, op zijn naam gesteld bewijs dat door of namens de examenorganisatie is ondertekend.

  • De deelnemer dient een presentielijst te tekenen als bewijs van zijn aanwezigheid.

4 Uitvoering van het examen


Artikel 7: Verloop van het examen

  • Om deel te mogen nemen aan het examen moet de deelnemer zich bij aanvang van het examen legitimeren door middel van een geldig legitimatiebewijs zoals een paspoort of rijbewijs.

  • Deelnemers dienen het examen in zijn geheel in één keer af te leggen.

  • Het examen wordt geheel afgenomen in de Nederlandse taal. Een deelnemer dient daarom de Nederlandse taal, zowel het lezen als het schrijven, in voldoende mate te beheersen.

  • De deelnemers zijn gehouden aanwijzingen van de commissie op te volgen.

  • Van het examen wordt een verslag opgemaakt, waarin bijzonderheden met betrekking tot het examen worden vermeld.

  • De deelnemer die zich op enigerlei wijze voor of tijdens het examen aan bedrog schuldig maakt, of heeft gemaakt, of handelt in strijd met het reglement wordt door de commissie van (verdere) deelneming uitgesloten. Er vindt geen teruggaaf van het examengeld plaats.

  • Onder bedrog wordt in ieder geval verstaan:

    • Het op enigerlei wijze noteren van examenvragen, -antwoorden of uitwerkingen daarvan.

    • Het meenemen van de examenvragen, -antwoorden of uitwerkingen buiten het examenlokaal dan wel naar en in het examenlokaal.

    • Het gebruik van de examenvragen, -antwoorden of uitwerkingen daarvan zoals bedoeld onder lid a en b van dit artikel tijdens het examen.

    • De deelnemer zal niet eerder dan zes maanden na datum vaststelling bedrog of fraude worden toegelaten tot een volgend examen.

  • Indien een deelnemer zich schuldig maakt aan misdraging kan de commissie, onder schriftelijke opgave van redenen en in overleg met de directeur IBKI, de deelnemer per direct de toegang tot de gebouwen van het exameninstituut ontzeggen en schriftelijk een ontzegging van de toegang tot de gebouwen van het exameninstituut gedurende een bepaalde termijn opleggen.

  • Onder misdraging wordt in elk geval verstaan:

    • Verbaal of fysiek geweld of dreiging daarmee ten opzichte van leden van de commissie en/of personeel van het exameninstituut en/of derden.

    • Moedwillige beschadiging/vernieling van roerende en/of onroerende goederen op het terrein van het exameninstituut.

    • Verder is het ter beoordeling van de commissie gedrag aan te merken als misdraging in de zin van dit artikel.

  • De ontzegging van de toegang tot de gebouwen van het exameninstituut is gebonden aan de volgende termijnen:

    • Als het de eerste keer is dat de deelnemer zich schuldig maakt aan misdraging maximaal 6 maanden.

    • Als dezelfde deelnemer zich een tweede keer schuldig maakt aan misdraging maximaal 48 maanden.

    • Als dezelfde deelnemer zich een derde keer schuldig maakt aan misdraging permanente ontzegging.

  • Bij het optreden van een computerstoring bij een examen op de computer dient de deelnemer in elk geval het volledige examen af te leggen.

  • Als het examen naar het oordeel van de commissie niet binnen 15 (vijftien) minuten op de computer kan worden voortgezet, wordt de deelnemer voor een nieuw examen uitgenodigd. Voor het nieuwe examen wordt geen examentarief in rekening gebracht.

  • Gedeeltelijk afgelegde examens worden door de commissie ongeldig verklaard.

  • Het aanstaan en/of gebruik van eigen, niet door IBKI beschikbaar gestelde mobiele communicatiemiddelen is tijdens het examen niet toegestaan.

Artikel 8: Inhoud van het examen

  • Het examen bestaat uit toetsonderwerpen in het betreffende Branchetoetsdocument.


Artikel 9: Beoordeling

  • De kandidaat kan bij een theorie-examen maximaal 25 punten behalen.

  • De kandidaat kan bij een praktijkexamen per opdracht maximaal 10 punten behalen.

  • Het behaalde puntenaantal wordt omgezet naar een percentage, een uitspraak voldoende/ onvoldoende of een cijfer, waaraan - in geval van laatstgenoemde - de volgende betekenis kan worden toegekend:

  • 10 (tien): uitmuntend
    9 (negen): zeer goed
    8 (acht): goed
    7 (zeven): ruim voldoende
    6 (zes): voldoende
    5 (vijf): bijna voldoende
    4 (vier): onvoldoende
    3 (drie): zeer onvoldoende
    2 (twee): slecht
    1 (een): zeer slecht.

  • Het afronden geschiedt voor cijfers met een decimale waarde van vijf en hoger naar boven en voor de overige cijfers naar beneden.

  • Het toe te kennen eindresultaat aan het door de deelnemer gemaakte werk wordt vastgesteld aan de hand van een van te voren vastgestelde cesuur.

Artikel 10: Uitslag van het examen

  • De kandidaat is geslaagd voor een theorie-examen indien hij/zij voor het examen een voldoende, het cijfer zes (6) of hoger, of een percentage dat gelijk is, of hoger dan gestelde cesuur.

  • De kandidaat is geslaagd voor een praktijkexamen indien hij/zij voor het examen:

    • Maximaal voor één praktijkopdracht het cijfer vijf (5) heeft behaald en

      voor geen van de praktijkopdrachten een cijfer lager dan vijf (5) heeft behaald en gemiddeld over alle praktijkopdrachten minimaal een 6,0 heeft behaald.

  • De kandidaat die niet voldoet aan alle in artikel 9 lid 1 of lid 2 gestelde criteria is afgewezen.

  • De kandidaat ontvangt aan het eind van het examen van de secretaris - indien mogelijk - de uitslag, onder overlegging van een resultatenlijst.

  • Indien uitreiking van de in artikel 9 lid 4 vermelde uitslag op dezelfde dag niet mogelijk is, worden deze uiterlijk drie weken na het examen opgestuurd.

  • Aan geslaagde kandidaten wordt het certificaat binnen drie weken opgestuurd.

5 Slotbepalingen

Artikel 11: slotbepalingen

  • De registratie van de bevindingen tijdens het examen wordt door de examenorganisatie gedurende drie maanden bewaard.

  • Van iedere deelnemer worden de gegevens, met betrekking tot de geldigheid van zijn certificaat, bewaard in het archief van de examenorganisatie gedurende 20 jaar te rekenen vanaf de dag van deelname aan het laatst afgelegde examen.

  • Klachten inzake de gevolgde werkwijze of anderszins dienen binnen een termijn van 30 dagen na afloop van het examen schriftelijk en met redenen omkleed te worden ingediend via de keuzehulp. Tegen de examenuitslag is geen beroep mogelijk.

  • Originele of kopieën van examenvragen, -opdrachten of uitwerkingen worden niet vrijgegeven/verstrekt. Het certificaat heeft een geldigheid van 3 jaar, te rekenen vanaf de datum van afgifte.

  • In alle gevallen waarin dit reglement niet voorziet wordt door de voorzitter, na overleg met de Gecommitteerde, een beslissing genomen.

  • Dit reglement wordt aangehaald als Reglement voor het examen Specialist Keuring en onderhoud caravan en aanhangwagens van 28 februari 2017.

  • Het reglement is verkrijgbaar bij de examenorganisatie.

6 Toetsmatrijs

Volledige titel document
Bevoegdheidsverlenging keurmeester aanhangwagen

Niveau/profiel cursist

De deelnemer is in het bezit van de keuringsbevoegdheid voor keurmeester specialist onderhoud aanhangwagen/caravan en camper.

Toets- en vraagvorm

Theorietoets met 30 meerkeuzevragen

Cesuur

70%

Opmerkingen

Hoewel de leer/toetsdoelen in dit document overwegend praktijkgericht zijn, is ervoor gekozen om de toets in te richten op het meten van de achterliggende kennis en inzichten.

Onder opbouw van aanhangwagens wordt verstaan: plaatwerk, lijsten, hang- en sluitwerk, luiken, dak, wanden, vloeren, gemonteerde accessoires/voorzieningen en installaties/apparatuur.

Onder installaties/apparatuur wordt onder andere verstaan: Mechanische-, hydraulische-, en elektrische pompen. Lieren / kleppen sluitingen en borging en zekeringsvoorzieningen.

Met controleren wordt bedoeld: controleren op functionaliteit.

Met beoordelen wordt bedoeld: beoordelen of het onderdeel/component voldoet aan de gestelde eisen of dat deze vervangen of gerepareerd moet worden.

Onder onderstel wordt verstaan: chassis, trekboom/-driehoek, assen, stabilisator, dissel, uitdraaisteunen, neuswiel, vering, drukverdeling, wielen, lagers, banden, reminrichting, breekkabel/ring, voertuigverlichting (remlichten, achterlichten, richtingaanwijzers, kentekenplaatverlichting, etc.) en de aansluiting naar het trekkend/dragend voertuig.

Met voertuigverlichting wordt in deze context bedoeld: de wettelijke eisen die gesteld worden aan de 12-Volt voertuigverlichting.

Met controleren wordt bedoeld: controleren op functionaliteit door meten, nagaan/lezen, bekijken (visueel), luisteren, voelen, etc.

Met beoordelen wordt bedoeld: beoordelen of het onderdeel/component voldoet aan de gestelde eisen, of beoordelen dat deze vervangen of onderhouden moet worden.

Met onderhouden wordt bedoeld: smeren, afstellen, (de)monteren/vastzetten, (deels)vervangen, etc

Toetsonderwerp
Verrichten van keuringen en onderhoud aan de opbouw van aanhangwagens.

Aantal toetsvragen: 10/30

Leerdoel: Constructie

  • De deelnemer kent de verschillende constructiemethoden van aanhangwagen opbouw, etc.

  • De deelnemer kan de staat/schade van de opbouw controleren en beoordelen en de hiervoor vereiste reparatiemethode aangeven. Bijvoorbeeld: vloer, wanden

    plaat of paneel vervangen, etc.

  • De deelnemer moet de staat vast kunnen stellen van een vloer o.a. m.b.t. vocht. (bv. Paardentrailer)

Leerdoel: Accessoires/voorzieningen en installaties/apparatuur 

  • Kan accessoires/voorzieningen en installaties/apparatuur aanbrengen, aansluiten en controleren volgens de geldende (wettelijke) (installatie)voorschriften.

  • De deelnemer kent de (wettelijke) richtlijnen met betrekking tot het plaatsen van movers, en andere aanpassingen aan de aanhangwagen die invloed hebben op de afmetingen, maten en gewichten van de aanhanger.

Toetsonderwerp:Verrichten van keuringen en onderhoudswerkzaamheden aan het onderstel van caravans en aanhangwagens

Aantal toetsvragen: 20/30

Leerdoel: Chassis

  • De deelnemer kan bevestiging van chassis(onderdelen) controleren, beoordelen en onderhouden.

  • De deelnemer kan het chassis (of onderdelen daarvan) controleren en beoordelen op scheuren, breuken, vervormingen en verbindingen en deze onderhouden.

Leerdoel: Voertuigverlichting

  • De deelnemer kent de wettelijke eisen van de verplichte verlichting, zoals rem,- contour,- markeringsverlichting, etc. van caravans/aanhangwagen en kan de functionele werking hiervan testen/controleren.

  • De deelnemer kan eenvoudige storingen in de voertuigverlichting opsporen en onderhouden. (via V4-meting)

Leerdoel: Remmen

  • De deelnemer kent de wettelijke eisen aan de bedrijfsrem en de eventueel daarbij behorende losbreekreminrichting, hulpkoppeling, handrem en oplooprem.

  • De deelnemer kent de functie en begrijpt de werking van (de verschillende onderdelen van) een losbreekreminrichting.

  • De deelnemer kent de functie, de werking en de verschillende onderdelen van een oplooprem.

  • De deelnemer kan de verschillende onderdelen van een oplooprem controleren, beoordelen en onderhouden.

  • De deelnemer kan de verschillende voorzieningen in het remsysteem ten behoeve van achteruitrijden controleren, beoordelen en onderhouden.

  • De deelnemer kan een remschema lezen, wat is het, hoe herken ik het en wat kun ik ermee? Deelnemer hoeft het niet toe te kunnen passen.

  • De deelnemer kan het remsysteem afstellen.

Leerdoel: Assen, Wiellagers, schokdempers, veersystemen

  • De deelnemer kan de verschillende soorten wiellagers, schokdempers en veersystemen, controleren, beoordelen en onderhouden.

Leerdoel: Wielen, banden

  • De deelnemer kent de diverse slijtagecriteria specifiek voor banden die onder het voertuig gebruikt worden.

  • De deelnemer (her)kent de oorzaken van te vroege of overmatige slijtage van een band.

Leerdoel: Koppelingen

  • De deelnemer kan de verschillende stabilisatormechanismen controleren, beoordelen en onderhouden.

  • De deelnemer kan de kogelkoppeling controleren op slijtage.